Plakkaten

Met het oog op de bevordering van de textielindustrie, worden voorschriften gegeven met betrekking tot de toerusting van regimenten met uniformen, vlaggen dekens en ander textiel. <br>Alvorens overeenkomsten te sluiten met kooplieden, dienen regimentscommandanten eerst het commissariaat-generaal van hun voornemen in kennis te stellen. Zodra een overeenkomst tot stand is gebracht, dient afschrift te worden verzonden aan het commissariaat-generaal, voor het geval er problemen rijzen in de sfeer van niet-nakoming van de overeenkomst. <br>Behoudens koninklijke toestemming, komen enkel binnenlands geproduceerde manufacturen voor levering aan het leger in aanmerking. <br>Regimentscommandanten die willens en wetens dit voorschrift in de wind slaan, riskeren een boete van 100 dukaten ten gunste van de Invaliden.

Onder verwijzing naar de eerder op <a href= http://altedrucke.staatsbibliothek-berlin.de/Rechtsquellen/CCMT23/start.html?image=01052&size=1>6 augustus 1688 te Cölln an der Spree</a> ter zake uitgevaardigde verordening, verbiedt de koning elke vorm van zelfwraak, belediging, verstoring van de publieke vrede en duelleren. Dit verbod betreft alle civiele en militaire officieren en ambtenaren, leenmannen en vazallen, onderdanen en vreemdelingen, alsmede studenten op doorreis. Zij dienen zich te onthouden van beledigingen en zich toe te leggen op het bevorderen van goede maatschappelijke verhoudingen. Degenen die desondanks slachtoffer worden van beledigingen dienen zich van wraak te onthouden en bestraffing aan de daartoe aangestelde overheid over te laten. Dit laat het recht van (gematigde) noodweer en zelfverdediging onverlet. Indien er sprake is van noodzakelijke verdediging van iemands eer, zal degene die een ander om het leven brengt niet als duellist worden gestraft, maar naar rato van het delict conform het gemene recht billijk worden bestraft. Alle militaire officieren en burgerlijke ambtenaren dienen zich niet tot een duel te laten uitlokken, maar zich via de bevoegde rechterlijke instanties genoegdoening laten verschaffen. Dit geldt tevens voor hoogleraren en universiteiten. De uitdager tot een duel riskeert geldstraffen, gevangenisstraf en ontslag uit openbare functies en bedieningen. Indien de overtreder van het duelleerverbod minvermogend is kan hem zes jaar vestingarbeid worden opgelegd. Indien de provocatus de uitdaging aanneeemt, in plaats van aangifte te doen bij de autoriteiten, riskeert hij dezelfde straffen als de provocant. Processen voortvloeiend uit deze verordening dienen volgens het protocol van het summiere proces te worden vervolgd.

De Koninklijke commissarissen tot in bezitname van het Pruisisch Overkwartier maken bekend dat bij de Vrede van Utrecht de stad Geldern, alsmede de steden, ambten en heerlijkheden Straelen, Wachtendonck, Middelaar, Walbeck, Arcen, Afferden, Well, Ray en Klein-Kevelaer, alsmede Krieckenbeck en het land en ambt van Kessel aan de koning van Pruisen zijn afgestaan. <br>De ingezetenen, alsmede de geestelijke en wereldlijke vazallen dienen voortaan enkel het gezag van de Pruisische koning te erkennen en aan zijn geboden en verboden te gehoorzamen. Alle landsheerlijke inkomsten en belastingen dienen voortaan aan hem te worden afgedragen. De Pruisische koning belooft zijnerzijds de rechten en privileges van zijn nieuwe onderdanen te zullen handhaven.

De in (? 1750-07-14) vastgelegde muntvoet dient aan de naoorlogse omstandigheden te worden aangepast. Vanaf Trinitatis 1763 dienen geldschulden te worden voldaan in nieuwe Brandenburgse munt. Voor schulden die zijn aangegaan in de periode voor 1750 of voordat in 1759 de nieuwe Brandenburgse munt werd ingevoerd is agio verschuldigd, zoals in de bijlage van het edict gespecificeerd. Hetzelfde geldt, indien het contratc na 1759 nog in oude munt is afgesloten. De verordening bevat verder voorschriften voor de betaling van boekschulden, pacht en huur, renten, aflossingen etc.

Aangezien (? 1718-12-06) ter zake van de lands economie en omslag, uitschrijving en heffing van bede, subsidie en onraad onvoldoende wordt nageleefd, worden op verzoek van de Commissie (van economie-raden) nadere voorschriften gegeven met betrekking tot de inrichting van ambts- en kerspelrekeningen. De gemeenterekeningen dienen voortaan jaarlijks in januari of februari van het het volgende jaar te worden afgesloten en te worden overgeleverd aan de Commissie, ten einde onderzocht en gereviseert te worden. Schatheffers die in gebreke blijven riskeren een boete van tien goudgulden ten gunste van de exploitenkas. Indien een schatheffer zich verstout een geschrapte post opnieuw in rekening te brengen riskeert hij eveneens een boete van tien gulden. Kosten van advocaten en procureurs mogen niet op gemeenterekeningen in mindering worden gebracht, tenzij zij tevoren door het Justiz-Collegium zijn goedgekeurd. De ontvanger van ten onrechte uitgekeerde gelden wordt gestraft met een viervoudige boete. Bedoelde boetes zijn bij parate executie invorderbaar zonder enige vorm van proces. Indien het Justitz-Collegium of het officie-fiscaal terzake nalatig is kan de gouverneur van Geldern zelfstandig tot militaire executie overgaan. Voor het formulier van de in te dienen rekening zie (? 1721-00-00).

Het besluit bestaat uit drie delen. De eerste sectie betreft algemene voorschriften die in het veroverde gebied van toepassing zijn. In de tweede sectie worden voorschriften gegeven terzake van de bestuursinrichting. De derde sectie heeft betrekking op de rechterlijke instellingen. De eerste sectie voorziet in straffen wegens verstandhouding met de vijand. Publieke personen die zich hieraan schuldig maken moeten terechtstaan voor de revolutionaire tribunalen; emigranten en contra-revolutionairen die de wapens opgenomen hebben tegen de Republiek zullen worden berecht door speciale commissies van het leger. Er worden regelingen getroffen voor de confiscatie van goederen, toebehorend aan uitwijkelingen, alsmede bepalingen van transitoirrecht. De wetten en costumen van de veroverde gebieden blijven voorlopig in stand, mits zij niet in strijd zijn met de besluiten van de Volksrepresentanten. Dit geldt in het bijzonder voor politiereglementen en reglementen met betrekking tot de voedselvoorziening. Ook de belastingen zullen op de oude voet worden geheven, zij het thans ten bate van de Republiek. Er wordt een verbod uitgevaardigd om mensen te arresteren wegens schulden. Bovendien worden voorschriften gegeven met betrekking tot het betalingsverkeer. Alle betalingen moeten worden gedaan in assignaten. Notarissen en bankiers moeten alle deposito's van goud en zilver, die zij onder hun berusting hebben, inleveren bij de kas van het leger, in ruil voor assignaten. Teneinde prijsopdrijving tegen te gaan, worden de prijzen gebonden aan het "maximum van Lille". De lonen der handwerkslieden moeten in constante verhouding staan ten opzichte van de prijzen. Het innen van belasting en het doen van requisities zonder permissie van de Volksrepresentanten en andere bevoegdheidsoverschrijdingen zullen worden gestraft volgens de wet van 14 frimaire. Uitvoer van goederen naar contra-revolutionair gebied zal als verraad worden gestraft. Te Aken wordt de Centrale Administratie voor het land tussen Maas en Rijn gevestigd, als overkoepelend orgaan van zeven (subalterne) administraties. De Administratie van het voormalig Pruisisch en Oostenrijks Gelderland, van Meurs en Kleef wordt gevestigd te Geldern. De bestuurlijke indeling naar beneden toe blijft ongewijzigd. De subalterne Administraties bestaan elk uit veertien administrateurs: zeven in de hoofdplaats van het departement; zeven verspreid over de arrondissementen. De administrateurs worden belast met het inventariseren van het economisch potentieel van het land, de prompte levering van goederen ter requisitie van de Republiek, het beheer van bossen, wegen, gebouwen en fabrieken, het toezicht op de mijnbouw en weldadigheidsinrichtingen, het drukken, aanplakken en publiceren van wetten en besluiten en de betaling van het batig slot van hun activiteiten in de Kas van de Republiek. De Administraties hebben het recht om afwezige, niet-competente en kwaadwillige magistraten te ontslaan en bij provisie nieuwe bestuurders aan te stellen. In de hoofdplaats van de zeven subalterne Administraties wordt een "Tribunal superieur" gevestigd, als hof van appèl in civiele zaken en als hof van eerste en laatste instantie voor delicten die volgens de lokale wetten en costumen lijfstraffelijk zijn. Deze tribunalen bestaan uit zeven rechters. De lokale rechtbanken blijven bevoegd voor civiele zaken. In zaken van meer dan driehonderd livres is hoger beroep mogelijk op het Tribunal superieur. Te Aken wordt een "Tribunal revolutionaire" gevestigd voor de berechting van de in de eerste sectie aangeduide contra-revolutionaire delicten (verstandhouding met de vijand, ambtsdelicten, overtredingen van het "maximum", valsemunterij). In elke Administratie zal een "Agent van de Republiek" werkzaam zijn, die belast wordt met het toezicht op de Administraties en Tribunalen. Van zijn bevindingen doet hij rapport aan de Centrale Administratie (decadaire rapporten). Hij moet administrateurs en rechters die zich schuldig maken aan ambtsdelicten aanbrengen bij het Tribunal revolutionaire te Aken, om te worden berecht conform het decreet van 14 vendemiaire (Bulletin des Lois, serie I, tome 3, no. 68, p. 2-3).

Zijne Majesteit beveelt de opheffing van alle sociëteiten in het Overkwartier, op straffe van honderd ducatons boete voor de waard, die de ruimte beschikbaar stelt en tien ducatons boete voor elk lid van het gezelschap. Eenderde deel van de boete komt ten goede aan de ontvanger der exploten van het Hof van Gelre. De ontbindingsvergadering van elk genootschap moet binnen drie dagen worden gehouden, in aanwezigheid van een rechterlijk officier. Naamregisters, protocollen en dergelijke moeten worden ingeleverd om ter griffie te worden bewaard.

De "Commissaires près l'armée et dans le Pays de la Belgique, le Pays de Liège, etc." bevelen, dat binnen drie dagen na publicatie van het besluit alle uitwijkelingen en gedeporteerde priesters de bezette gebieden moeten verlaten. Indien zij daarheen clandestien terugkeren, zullen zij worden gestraft overeenkomstig de wetten van de Nationale Conventie.

De veldmaarschalk-commandant van Roermond gebiedt het Franse garnizoen van Roermond om zich gedisciplineerd te gedragen, geen burgers in hun persoon of hun goederen te krenken en met contant geld voor verteringen te betalen. Burgers die reden hebben om zich over gewelddadigheden of afpersingen door het leger te beklagen, worden uitgenodigd om zich te wenden tot de officier van de hoofdwacht op de Markt van Roermond. De proclamatie zal kracht van wet hebben in Roermond en in de omliggende plaatsen en dorpen.

Het militaire opperbevel maakt bekend, dat alle paspoorten uitgegeven door magistraten en civiele officieren vóór de verklaring van de staat van oorlog met Frankrijk (29 april 1792) hun geldigheid hebben verloren. Vormvoorschriften worden gegeven voor nieuwe paspoorten, die door het bevoegd militair gezag worden uitgegeven.

Onder verwijzing naar de depêche van 21 januari 1791 verklaart het Hof van Gelre dat het wederom zitting heeft genomen en dat de administratie van de justitie zal geschieden zoals voor 12 december 1789 placht te geschieden. De raad-costumier Heerma d'Holwinde is geroyeerd.

De Staten van het Overkwartier verbieden het drukken en verspreiden van het Nieuw-itter Nieuwsblad, onder de titel van "Geheimer Briefwechsel zwischen den lebendigen und den todten", op straffe van een boete van honderd patakons.

Het Departement-Generaal wordt gevormd door een lid van het Soeverein Congres als voorzitter, de generaal-commandant van het leger als vice-voorzitter, enige assessoren ter keuze van het congres, de secretaris van oorlog, de hoofdcommissaris, twee griffiers, twee "concepisten" of redacteurs, vier beambten en een deurwaarder. Het departement adviseert desgevraagd het congres en draagt zorg voor een prompte uitvoering van de resoluties van dat congres. Het ziet bovendien toe op de handhaving van een goede discipline en administratie van het leger. Het departement wordt belast met de expeditie van marsorders en bevelen. De auditeurs-generaal hebben zitting ten departemente, wanneer zij geconsulteerd worden in zaken die hun ambt regarderen.

De Staten van het Overkwartier stellen het leerplan en de lestijden vast voor het onderricht der humaniora te Roermond. Naast een minutieus leerplan waarin onder meer het aantal verplichte proefwerken, dat meetelt voor de jaarlijkse prijsuitreiking, wordt vastgesteld vindt men er aanwijzingen voor de religieuze vorming der studenten. Onder meer wordt een maandelijkse klassikale biecht voorgeschreven. Het toezicht op de naleving van het reglement wordt toevertrouwd aan de kanunnik en scholaster Syben, die de taak van inspecteur van het onderwijs vervult.

Het Soeverein congres maakt de oprichting bekend van een "Tresor-générale de la Republique" en formuleert regels ten aanzien van het dirigeren der geldstromen. Het reglement behelst vormvoorschriften voor betalingsopdrachten van de Staten-Generaal, het Soeverein Congres, het Generaal Krijgsdepartement en het Comité des Vivres. Aan het hoofd van de schatkamer staat de thesaurier-generaal, die belast wordt met de uitvoering van de betalingsopdrachten, die hem via het bureau der comptabele bereiken. Hij wordt bijgestaan door twee kassiers. De thesaurier dient jaarlijks een rekening op te stellen, die in januari wordt afgehoord door gedeputeerden van het Soeverein Congres en leden van het Comité van Financiën, onder tussenkomst van een vertegenwoordiger van het Departement van Oorlog, het hoofd van het bureau van de comptabele en de hoofdcommissaris van de Oorlogskanselarij. De jaarrekening zal worden gedrukt om te worden toegezonden aan de provinciën. Het reglement beschrijft verder de taak van het bureau van de comptabele en van het Comité van Financiën. Voorzieningen worden getroffen voor betalingen te verrichten uit de Geheime Kas.

De Staten van het Overkwartier besluiten het Hof van Gelre en de magistraat van Roermond samen te voegen op voet van (?1737-10-02). De interne rangorde wordt geregeld op voet van het "regulatief" van 22 mei 1675 (Ms K 10.104), zodat de raden-costumier de voorrang hebben boven de raden-ordinaris. Beide kamers van het Hof worden geacht één lichaam te vormen. In contentieuze zaken vult de tweede kamer de eerste aan. De tweede kamer vervult de functie van magistraat. Op maandag vergadert ze uitsluitend over de stedelijke financiën. Bij die gelegenheid wordt de vergadering uitgebreid met de "tienmannen". Deze kunnen naar believen van de burgemeester ook op andere dagen ter vergadering worden geroepen. De tweede kamer hoort jaarlijks de rekening van de payburgemeester af. Bij deze gelegenheid heeft de burgerij het recht tien wijze mannen te committeren. De resolutie geeft de namen van alle te benoemen functionarissen en regelt hun salaris. Alle functionarissen moeten de eed afleggen aan de Staten van het Overkwartier.

(Op 7 mei 1790 is te Roermond een ordonnantie van de Staten van het Overkwartier ter voorkoming van desertie "alomme met den hoiren gepubliceert en ter gewoonlijcke plaetse geaffigeert". De tekst van de ordonnantie is niet overgeleverd.)

De Staten-Generaal der Verenigde Belgische Provinciën maken bekend, dat een comité is ingesteld om te onderzoeken welke pensioenen, die door het vorige regime zijn toegekend, ook nu nog naar recht en billijkheid zouden moeten worden betaald. De commissie zal zitting houden in het gebouw van de Rekenkamer. Belanghebbenden kunnen zich aldaar tot het comité wenden.

De Staten van het Overkwartier verbieden eenieder, en in het bijzonder alle kleerkopers, om uitrusting en kleding, die zijn verstrekt aan de militairen van de patriotse legers, aan te kopen, op pene van rigoreuze straffen.

De Staten van het Overkwartier verbieden eenieder zich na tien uur 's avonds in herbergen en soci‰teiten op te houden. Bovendien verbieden zij, op instigatie van de bisschop, gedurende de vastentijd alle publieke vermakelijkheden, op straffe van arbitraire correctie.

De Staten van het Overkwartier verbieden het publiekelijk of heimelijk houden van opruiende "discoursen". Complotten en "attrouppementen" worden eveneens verboden. Tegen overtreding van de verordening worden arbitraire straffen bedreigd. Zowel de scholtis van Roermond, als de commanderende officieren moeten zonodig de overtreders aanhouden.

De Belgische gewesten vormen een confederatie onder de naam van Verenigde Nederlandse Staten. De contracterende staten geven aan de Unie soevereine macht ten aanzien van de defensie, het verklaren van oorlog en het sluiten van vrede en wat daarmee samenhangt, zoals het sluiten van bondgenootschappen. De uitoefening van deze soevereine rechten wordt opgedragen aan het Soeverein Congres, bestaande uit gedeputeerden der provinciën. Verder spreken de verbonden staten zich uit ten gunste van de katholieke religie en verlenen zij aan het congres bij uitsluiting het recht munt te slaan. Zij handhaven hun bijdrage in de gemeenschappelijke lasten op de oude voet. De afzonderlijke gewesten behouden zich overigens alle soevereiniteitsrechten voor. Men voorziet in de vriendschappelijke regeling van geschillen en belooft elkaar bijstand. De afzonderlijke gewesten kunnen zonder permissie van het Soeverein Congres geen verdragen sluiten met vreemde mogendheden. De vermenging van militaire en civiele functies zal niet worden gedoogd.

De Staten van het Overkwartier casseren enige verordeningen door Joseph II in strijd met het GLS uitgevaardigd. (?1784-06-26) wordt ingetrokken, zij het met de restrictie, dat het begraven in kerken verboden blijft. (?1786-04-08), (?1784-09-28), (?1786-05-13), een daarmee samenhangend besluit van 30 mei 1786, (? 1786-05-10) en (?1786-02-11) worden eveneens ongedaan gemaakt.

Ridderschap en gedeputeerden van de stad Roermond stellen zich onder de gegeven omstandigheden "nahmens der Nation" in het bezit van de soevereiniteit. De declaratie dient ten plattelande en in de vrije heerlijkheden door middel van publicatie en affixie bekend gemaakt te worden.

Joseph II verklaart dat de amnestie, die in Brabant middels de declaratie van 25 november 1789 (ROPBa 3.13.381) is afgekondigd, "generael ende sonder eenige exceptie" ook moet plaatsvinden in de andere provinciën der Nederlanden.