ORDONNANTIE TERZAKE VAN DE MUNTCIRCULATIE
Item
Collectie
Spaans Overkwartier
Volgnummer
1679-01-12
Vindplaats
P 2, fol. 258v-261v, e.a. ROPB ord. monet. 255
Kopregest
ORDONNANTIE TERZAKE VAN DE MUNTCIRCULATIE
Regest
Met het oog op een voorgenomen zuivering van de muntcirculatie geeft Zijne Majesteit opdracht om in alle provincies van de Zuidelijke Nederlanden op 27 januari 1679 (? 1672-02-08) opnieuw te publiceren. In de zes weken daarop volgend zullen de muntmeesters alle voor biljoen verklaarde munten van de Republiek in ontvangst nemen ter ommunting.
Wetgevende Instantie
vanwege de koning
Plaats van uitvaardiging
Brussel
Datum uitvaardiging
January 12, 1679
Paraaf toezendende instantie
De Pa. vt.
Signatuur
Verreycken
Vorm
gedrukt
Taal
Frans
Uitvoerende instantie
stadhouder, prins van Masmines, kanselier en raden
Bijzonderheden
De verordening stuit bij de gedeputeerden van de Staten van het_Overkwartier op bezwaren, die door de Geheime Raad op 10 maart 1679 ten fine van advies aan het Hof van Gelre worden voorgelegd. Ook kanselier en raden blijken de mening toegedaan, dat de verordening ruïneus is voor de handel van het_Overkwartier. Men wijst de regering erop, dat Roermond geen handelspartners heeft binnen de landen van Zijne Majesteit. Het verbieden van de munten van de limitrophe handelspartners van het_Overkwartier zou dan ook de doodsteek betekenen voor alle commercie. Wel meent het Hof dat paal en perk gesteld zou moeten worden aan de circulatie van steeds nieuwe Duitse munten van laag allooi, die door de Duitse hulptroepen in grote hoeveelheden in omloop worden gebracht (CB 4, fol. 10-11). Bij missive van 3 juli 1679 requireert de Geheime Raad nogmaals het advies van kanselier en raden, zulks naar aanleiding van een rapport van de muntmeesters-generaal van 20 juni 1679. Intussen is bij aanvullende ordonnantie van 7 juni 1679 de circulatie van gemerkte en ongemerkte Franse stuivers verboden (OAR 321, nr. 131). De muntmeesters-generaal delen de mening van de Staten, dat de ordonnantie voor het_Overkwartier een averechts effect zou kunnen hebben. Zij delen de opinie van het Hof dat de invoer van Duitse muntspeciën moet worden beperkt. Na overleg met de Rekenkamer en de magistraat van Roermond en Venlo, stelt het Hof een conceptverordening terzake van de Duitse biljoenen op, die op 24 januari 1680 naar Brussel wordt opgestuurd (CB 4, fol. 30-37). Het bijgevoegd rapport van kanselier en raden noopt de landvoogd om de muntmeesters Jacques van Caversom en Jean Charles van Velthoven af te vaardigen, om in overleg met twee commissarissen van het Hof orde op zaken te stellen. Dit overleg resulteert in enige wijzigingen van de conceptverordening en een advies om thans onverwijld tot de publicatie ervan over te gaan (CB 4, fol. 47-51). Zie hierna: (? 1680-04-30). Bij plakkaat van 8 juli 1684 wordt nogmaals de naleving van (? 1672-02-08) en (? 1679-01-12) in alle provincies voorgeschreven. Deze laatse verordening wordt echter in het_Overkwartier niet meer gepubliceerd (CB 5, fol. 118).
DJVU Jaar
Spaans_Overkwartier/p16790112.pdf
Coverage
Import: Part 9
Identifier
ark:/27364/e1KoznK