EDICT TERZAKE VAN HET ONDERHOUD EN HERSTEL VAN KERKGEBOUWEN, PASTORIEËN EN DERGELIJKE
Item
Collectie
Oostenrijks Overkwartier
Volgnummer
1769-09-25
Vindplaats
P 10, fol. 221r-224r, e.a. ROPBa 3.9.539
Kopregest
EDICT TERZAKE VAN HET ONDERHOUD EN HERSTEL VAN KERKGEBOUWEN, PASTORIEËN EN DERGELIJKE
Regest
Het edict beoogt de jurisprudentie te uniformeren, die is gevolgd op de plakkaten van 28 maart 1611 (PB 1.62) en van 2 october 1613 (PV 2.37). De kosten van het herstel van kerkgebouwen en pastorieën moeten worden bestreden uit de tienden. Voor zover tienden in bezit zijn van wereldlijke personen althans, indien ze door hen zijn verworven sedert het concilie van Lateranen in 1179 en vóór de publicatie van de verordening van 1 juni 1587 (PV 2.88) moeten ook deze tiendheffers daarin bijdragen.
Deze tiendheffers zullen echter eerst dan worden aangeslagen, nadat de inkomsten van de kerkfabriek reeds voor dit doel zullen zijn gebruikt. Ook houders van beneficia dragen naar rato en volgens het gemene recht bij. Indien de inkomsten uit deze bronnen niet toereikend zijn, moeten de parochianen bijdragen. Voor een dergelijke heffing moet echter octrooi worden verleend. Indien tiendheffers het oneens zijn over de onderlinge verdeling van de lasten, moeten zij hangende de oplossing van het probleem deze lasten solidair dragen. De verordeningen van 1611 en 1613 komen te vervallen. Eventuele transacties strijdig met deze onderhavige ordonnantie worden nietig verklaard, tenzij zij, zonder precedent, zijn aangegaan voor een enkel bijzonder geval, zulks ter beoordeling van de raden-fiscaal en behoudens goedkeuring van het provinciaal hof.
Deze tiendheffers zullen echter eerst dan worden aangeslagen, nadat de inkomsten van de kerkfabriek reeds voor dit doel zullen zijn gebruikt. Ook houders van beneficia dragen naar rato en volgens het gemene recht bij. Indien de inkomsten uit deze bronnen niet toereikend zijn, moeten de parochianen bijdragen. Voor een dergelijke heffing moet echter octrooi worden verleend. Indien tiendheffers het oneens zijn over de onderlinge verdeling van de lasten, moeten zij hangende de oplossing van het probleem deze lasten solidair dragen. De verordeningen van 1611 en 1613 komen te vervallen. Eventuele transacties strijdig met deze onderhavige ordonnantie worden nietig verklaard, tenzij zij, zonder precedent, zijn aangegaan voor een enkel bijzonder geval, zulks ter beoordeling van de raden-fiscaal en behoudens goedkeuring van het provinciaal hof.
Wetgevende Instantie
op naam van Maria Theresia
Plaats van uitvaardiging
Brussel
Datum uitvaardiging
September 25, 1769
Paraaf toezendende instantie
Ne. vt.
Signatuur
vanwege de keizerin-douairière en koningin
Contrasignatuur
De Reul
Zegel
grootzegel
Vorm
gedrukt
Taal
Nederlands
Adviserende Instantie
Geheime Raad
Toezendende instantie
vanwege de keizerin-douairière en koningin
Paraaf, Signatuur, Contrasignatuur toezendende instantie
ter ordonnantie van Hare Majesteit
Kulb. vt.
Uitvoerende instantie
Hof van Gelre
Datum afkondiging
October 16, 1769
DJVU Jaar
Oostenrijks_Overkwartier/djvu_1769/p17690925.djvu
OO17690925
Identifier
ark:/27364/e1I5RDT