EDICT TERZAKE VAN HET BUITENLANDS GEZAG OVER KLOOSTERS IN DE ZUIDELIJKE NEDERLANDEN
Item
Collectie
Oostenrijks Overkwartier
Volgnummer
1781-11-28
Vindplaats
P 13, fol. 37-52 ROPBa 3.12.92
Kopregest
EDICT TERZAKE VAN HET BUITENLANDS GEZAG OVER KLOOSTERS IN DE ZUIDELIJKE NEDERLANDEN
Regest
Alle religieuze gemeenschappen en kloosters in de Zuidelijke Nederlanden, die zijn onderworpen aan het gezag van buitenlandse generale oversten, worden daarvan losgemaakt. De kloosterlingen mogen niet langer gehoor geven aan mandementen van buitenlandse visitatoren, correctoren en andere kerkelijke commissarissen. De besluiten van buitenlandse congregaties hebben er geen gelding.
Het edict schrijft de vorming van nationale congregaties voor aan ordes, die niet rechtstreeks onderworpen zijn aan het gezag der diocesane bisschoppen. Regels worden gegeven voor de inrichting van dergelijke congregaties. Er dienen vierjaarlijks generale vergaderingen te worden gehouden door elke congregatie, ter verkiezing van een visitator-generaal, vice-visitator en vier consultatores, die belast worden met de dagelijkse leiding van de congregatie. De aldus gevormde nationale congregaties worden voor wat de geestelijke discipline betreft gesteld onder de bisschoppelijke jurisdictie. De bisschoppen hebben inzage in de besluiten van de congregaties en mogen in overleg met de visitatoren de conventen visiteren. De oversten moeten zich richten naar de adviezen der bisschoppen; de provinciale hoven van justitie zullen de bisschoppen desgewenst bijstand verlenen. Indien er van een orde maar twee kloosters in de Nederlanden gelegen zijn, hoeven zij geen congregatie te vormen. Zij worden, evenals vrouwenconventen die geen deel uitmaken van een orde, rechtstreeks onder het gezag van de bisschop gesteld. De kloostergemeenschappen in de Zuidelijke Nederlanden mogen geen gelden overmaken naar het buitenland, op straffe van een boete van tienmaal het betaalde bedrag. Elke orde dient zich binnenlands te voorzien van de brevieren, missalen, koorboeken, regels en statuten die zij voor hun devoties behoeven, op straffe van tweeduizend guldens boete.
Het edict schrijft de vorming van nationale congregaties voor aan ordes, die niet rechtstreeks onderworpen zijn aan het gezag der diocesane bisschoppen. Regels worden gegeven voor de inrichting van dergelijke congregaties. Er dienen vierjaarlijks generale vergaderingen te worden gehouden door elke congregatie, ter verkiezing van een visitator-generaal, vice-visitator en vier consultatores, die belast worden met de dagelijkse leiding van de congregatie. De aldus gevormde nationale congregaties worden voor wat de geestelijke discipline betreft gesteld onder de bisschoppelijke jurisdictie. De bisschoppen hebben inzage in de besluiten van de congregaties en mogen in overleg met de visitatoren de conventen visiteren. De oversten moeten zich richten naar de adviezen der bisschoppen; de provinciale hoven van justitie zullen de bisschoppen desgewenst bijstand verlenen. Indien er van een orde maar twee kloosters in de Nederlanden gelegen zijn, hoeven zij geen congregatie te vormen. Zij worden, evenals vrouwenconventen die geen deel uitmaken van een orde, rechtstreeks onder het gezag van de bisschop gesteld. De kloostergemeenschappen in de Zuidelijke Nederlanden mogen geen gelden overmaken naar het buitenland, op straffe van een boete van tienmaal het betaalde bedrag. Elke orde dient zich binnenlands te voorzien van de brevieren, missalen, koorboeken, regels en statuten die zij voor hun devoties behoeven, op straffe van tweeduizend guldens boete.
Wetgevende Instantie
op naam van Joseph II
Plaats van uitvaardiging
Brussel
Datum uitvaardiging
November 28, 1781
Paraaf toezendende instantie
Ne. vt.
Signatuur
vanwege de keizer en koning
Contrasignatuur
De Reul
Zegel
grootzegel (wijlen Maria Theresia)
Vorm
gedrukt
Taal
Frans, Nederlands
Adviserende Instantie
Geheime Raad
Toezendende instantie
vanwege de keizer en koning
Paraaf, Signatuur, Contrasignatuur toezendende instantie
ter ordonnantie van Zijne Majesteit
Th. de Reul
Uitvoerende instantie
Hof van Gelre
Datum ontvangst
December 22, 1781
Datum afkondiging
December 22, 1781
DJVU Jaar
Oostenrijks_Overkwartier/djvu_1781/p17811128.djvu
OO17811128
Identifier
ark:/27364/e12hHGB