EDICT TERZAKE VAN DE HANDEL MET RUSLAND

Item

Current View
Collectie
Oostenrijks Overkwartier
Volgnummer
1785-11-12
Vindplaats
P 15, fol. 33-83, gr. ROPBa 3.12.447
Kopregest
EDICT TERZAKE VAN DE HANDEL MET RUSLAND
Regest
De onderdanen van Catharina II kunnen in de landen van Joseph II aanspraak maken op de voordelen, verbonden aan de status van meest begunstigde natie. Zij genieten er vrijheid van geweten, een gunstig douanetarief en handelsvrijheid. Een speciaal tarief wordt ingesteld voor de invoer van juchtleer, pelterijen en kaviaar. Voor import via de Donau of via de vrijhavens van Triëst en Fiume geldt een verlaagd tarief. De Russische scheepvaart kan in geval van averij gebruik maken van Oostenrijkse havens. Het is niet mogelijk zonder meer beslag te leggen op Russische handels- of oorlogsschepen. Vorderingen tegen de eigenaars of vervolging wegens delicten van de opvarenden zijn onderworpen aan 's lands wetten. Volgens het systeem van gewapende neutraliteit blijft in geval van oorlog met andere mogendheden de Russische handel onverlet. Regels worden gegeven voor het onderzoek naar contrabande. Tevens wordt vastgelegd wat in het kader van de Russisch-Oostenrijkse betrekkingen onder contrabande moet worden verstaan. Het edict regelt de bevoegdheden van Russische consulaire vertegenwoordigers en de wijze waarop curatoren dienen te worden aangesteld, indien een Russisch onderdaan bankroet gaat. Russische onderdanen kunnen alom onroerend goed kopen, verkopen of huren en verhuren, binnen de grenzen daaraan door de stedelijke privileges gesteld. Bij hun remigratie hebben zij recht op vrij transport van hun goederen, op voorwaarde dat hun schulden zijn vereffend. Hetzelfde geldt ten aanzien van het transport van erfenissen. Indien er oorlog uitbreekt tussen Oostenrijk en Rusland, dan zal men aan de Russische onderdanen het nodige respijt laten om zich uit de landen van Zijne Majesteit terug te trekken.
Wetgevende Instantie
op naam van Joseph II
Plaats van uitvaardiging
Brussel
Datum uitvaardiging
November 12, 1785
Paraaf toezendende instantie
Kulb. vt.
Signatuur
vanwege de keizer en koning
Contrasignatuur
De Reul
Zegel
grootzegel
Vorm
gedrukt
Taal
Frans, Nederlands
Adviserende Instantie
Geheime Raad
Toezendende instantie
vanwege de keizer en koning
Plaats van toezending
Brussel
Datum van toezending
February 8, 1786
Paraaf, Signatuur, Contrasignatuur toezendende instantie
ter ordonnantie van Zijne Majesteit
P. Maria
Uitvoerende instantie
Hof van Gelre
Datum ontvangst
March 15, 1786
Datum afkondiging
March 16, 1786
Bijzonderheden
De verordening wordt uitgevaardigd ten verzoeke van de momber, J.B. Stuers, naar aanleiding van een brandbrief in Leveroy en is opgemaakt naar het model van een verordening van het Hof van Venlo van 14 augustus 1785. Omwille van de preventie is de verordening onmiddellijk in Weert gepubliceerd, terwijl eerst achteraf toestemming wordt gevraagd aan het gouvernement, om de verordening te mogen uitvaardigen. Bij die gelegenheid verzoekt het Hof tevens om de middelen om eventuele schadeloosstellingen uit te kunnen keren (CB 30, fol. 78-81). Voor de geheime instructie, zie CB 30, fol. 84. Bij depÆche van 5 december 1785 krijgt het Hof van Gelre een reprimande voor de gepleegde bevoegdheidsoverschrijding, zonder dat dit echter gevolgen heeft voor de uitgevaardigde verordening (CB 30, fol. 92).
DJVU Jaar
Oostenrijks_Overkwartier/djvu_1785/p17851112.djvu
OO17851112
Identifier
ark:/27364/e1OLfE1